Sociaal Domein en Volksgezondheid

Sociaal Domein en Volksgezondheid

De lasten en baten van het programma zijn hieronder weergegeven.

Toelichting

Toelichting programma 7

Inhuur team beleid sociaal domein
Voor het team beleid is in 2020 voor 27.000 euro meer ingehuurd dan verwacht. Dit komt met name door een krappe arbeidsmarkt voor beleidsmedewerkers, inhuur bij personeelswisselingen en door extra werkzaamheden die voortkomen uit beleidsharmonisaties.

Sociaal cultureel werk
Als gevolg van corona zijn er in 2020 bijna geen activiteiten op het gebied van sociaal cultureel werk georganiseerd, waardoor er minder incidentele subsidies zijn verstrekt. Hierdoor ontstaat er een incidenteel voordeel van 22.000 euro.

MFC De Burcht van Haeften
De gemeente heeft rekeningen betaald voor De Burcht van Haeften omdat de vorige bestuurder zijn verplichtingen niet kon voldoen en het voortbestaan van het MFC ter discussie stond. Tegen die bestuurder loopt nu een juridische procedure, waar deze voorschotten onderdeel van uitmaken. Hierover is op 15 december 2020 een raadsinformatienota verstuurd.

Adviesraad sociaal domein
Het voordeel van 11.000 euro ontstaat doordat er in 2020 een aantal vergaderingen door corona zijn vervallen. Hierdoor zijn minder presentiegelden uitgekeerd. Daarnaast hebben enkele leden van de Adviesraad medio 2020 hun lidmaatschap opgezegd.

Onderzoekskosten GGD
De overschrijding heeft te maken met onderzoek naar zorgwekkende zorgaanbieders. De gemeente heeft een contract met de GGD Gelderland-Zuid voor Wmo-toezicht. Dit contract is bedoeld voor basisonderzoeken. In 2020 is er een vervolgonderzoek geweest (follow-up) voor 19.000 euro. Deze kosten waren niet begroot.

Toezicht kinderopvang GGD
Als gevolg van de coronacrisis zijn veel verkorte jaarlijkse onderzoeken uitgevoerd. Hiervoor worden minder uren in rekening gebracht.Verder zijn in 2020 minder onderzoeken (69) gedaan dan in 2019 (114) en zijn weinig nadere onderzoeken (onderzoeken naar aanleiding van een overtreding) nodig geweest. Hierdoor ontstaat een voordeel van 62.000 euro.

Wet Inburgering
De inwerkingtreding van de Wet Inburgering is doorgeschoven naar 1 januari 2022. In de meicirculaire hebben we extra geld ontvangen voor invoering van de nieuwe wet en voor maatschappelijke begeleiding statushouders. De niet bestede gelden in 2020 (91.000 euro) hevelen we, na vaststelling van de jaarrekening 2020, over naar 2021. Ter voorbereiding op de nieuwe wet werken we met de zeven andere gemeenten in Rivierenland aan verschillende projecten en pilots zodat statushouders die nog niet onder de nieuwe wet vallen toch goed begeleid worden en zich daarmee sneller thuis zullen voelen. De pilots starten volgens de aangepaste planning in juni 2021 en lopen door tot de nieuwe wet van kracht wordt. Projectleiding, financieel ontzorgen, persoonlijk plan inburgering en de inzet van de inburgeringsconcusulent worden door de acht gemeenten uitgevoerd en bekostigd.

Mantelzorgondersteuning
Voor de mantelzorgcomplimenten geldt een open einde regeling. In 2020 zijn in totaal 946 complimenten uitgereikt. Na afrekening van de mantelzorgcomplimenten blijft een bedrag van ongeveer 11.000 euro over.

Projectbureau Wmo/jeugd
Er is een overschrijding van 52.000 euro op het budget voor het regionaal projectbureau Wmo/jeugd door extra uitgevoerde controles op rechtmatigheid.

Armoedebeleid
Bij het armoedebeleid is er een overschot van 257.000 euro doordat er in 2020 voor enkele regelingen minder aanvragen zijn geweest dan begroot. Dit heeft deels te maken met corona: inwoners hebben minder kosten gemaakt. In 2019 zijn de regelingen geharmoniseerd. Bij het opmaken van de begroting 2020 is rekening gehouden met een toename van aanvragen van de regelingen. Voor de regeling meerkosten zijn er minder aanvragen geweest in 2020. Dit heeft te maken met het wijzigen van de aanvraagprocedure. Voorheen zijn inwoners er jaarlijks op geattendeerd dat ze een aanvraag konden indienen. Dat is in 2020 losgelaten. Inwoners zijn over deze wijziging geïnformeerd.  Verder is het minimabeleid een open einderegeling. Van te voren is moeilijk in te schatten hoeveel aanvragen er zullen komen.

Kwijtschelding rioolheffing
De kwijtscheldingen voor de rioolheffing vallen 75.000 euro hoger uit dan begroot. Dit geeft een nadeel op dit taakveld. Hier tegenover staat een voordeel op taakveld 7.2 Riolering (programma 8) als gevolg van een lagere toevoeging aan de voorziening Water en rioleringsplan (WRP).

Rijksvergoeding Covid compensatie WSW en Participatie
Werkzaak heeft de door ons ontvangen Covid-vergoeding van 240.000 euro ingezet, waardoor op dit programma een nadeel ontstaat. De ontvangen Covid-vergoeding is verantwoord in programma 2 waar een voordeel van 240.000 euro ontstaat. Per saldo is deze vergoeding over de programma's budgetneutraal.

Inkomensvoorzieningen en participatie

Bedrijfsvoering
In 2020 heeft de afrekening van het project voor instroom van het klantenbestand van de voormalige gemeente Lingewaal van Avres naar Werkzaak plaatsgevonden. Het voordelig resultaat van 150.000 euro voor West Betuwe ontstond doordat de externe kosten voor dit project veel lager waren dan vooraf ingeschat.

Inkomensvoorzieningen (BUIG)
Het BUIG voordeel in 2020  bedroeg 1.187.000 euro voor West Betuwe. Dit was 92.000 euro hoger dan bij de tweede Bestuursrapportage 2020 was verwacht. Het BUIG voordeel is door de gemeenteraad bij de begrotingsraad ingezet voor het te verwachten begrotingstekort in 2022 en 2023.

Debiteuren Werkzaak
Jaarlijks worden de debiteuren van Werkzaak geactualiseerd en beoordeeld of de vorderingen nog inbaar zijn. Voor West Betuwe resulteert dit in het afboeken van 56.000 euro aan vorderingen door Werkzaak.

Begeleide Participatie
In 2020 is na uitspraak van de Hoge Raad bekend geworden dat we over de jaren 2014 tot en met 2018 25.000 euro Btw op re-integratiekosten terug ontvangen. Hier was in de begroting geen rekening meegehouden.
Onlangs hebben we van Avres een niet begrote nadelige afrekening van 88.000 euro ontvangen over 2019 en 2020 omdat we onvoldoende werk bieden vanuit de gemeente aan de Wsw-ers die bij Avres blijven.

Arbeidsgerichte participatie en re-integratie
Het voordeel van 31.000 euro ontstaat door minder uitgaven dan begroot voor KP4-klanten. In het tweede kwartaal in 2021 ligt besluitvorming over overdracht van het KP4-klantenbestand naar Werkzaak voor aan de raad.

WMO zorg ambulant 18+
Via de septembercirculaire 2020 ontvingen we 18.000 euro voor de brede aanpak dak- en thuislozen. De maatschappelijke opvang is belegd bij gemeente Nijmegen. In kader van landelijke toegankelijkheid maatschappelijke opvang heeft de gemeente hier ook een rol in gekregen en budget voor gekregen. Niet alle uitgaven zijn gedaan in 2020.
Van de gemeente Nijmegen hebben we 227.000 euro ontvangen voor de innovatie ambulantisering GGZ. Daarnaast heeft deze gemeente ook zijn algemene reserve beschermd wonen opgeheven. Het saldo is verdeeld over de deelnemende gemeenten voor de uitvoering van de taken decentralisatie beschermd wonen. Niet alle uitgaven in dit kader zijn gedaan in 2020. De resterende middelen hevelen we na vaststelling van de jaarrekening 2020 over naar 2021.

WMO-zorg en Jeugdzorg
De uitvoering van de Wmo en Jeugdwet zijn open einderegelingen. Het nadeel van de Wmo en Jeugdwet bedraagt bijna 1,2 miljoen euro ten opzichte van de begroting van 21,4 miljoen euro.

Het jaarresultaat van WMO-zorg wijkt 554.000 euro nadelig af op een begroting van 9,5 miljoen euro.
Het aantal cliënten Wmo is ten opzichte van 2019 gestegen. Totaal waren er in 2020 2025 cliënten ten opzichte van 1868 in 2019. Een verklaring hiervoor is de vergrijzing en het abonnementstarief, waardoor meer inwoners een beroep doen op de Wmo.
Bij huishoudelijke hulp is er een cyclus van dertien perioden van vier weken. In de tweede bestuursrapportage 2020 is per abuis uitgegaan van twaalf perioden. Dit maakt op jaarbasis een verschil van 200.806 euro.
Verder is er in het vierde kwartaal van 2020 een forse toename van cliënten geweest en zijn er hulpmiddelen in het dure segment uitgekeerd. Hierdoor is 59.000 euro meer uitgegeven.

Eigen bijdrage maatwerkdienstverlening 18+
Wij hanteren een minimabeleid voor de eigen bijdrage (abonnementstarief) voor Wmo ondersteuning. De hoogte van de grenzen van het minimabeleid geven we in november voorafgaand aan het nieuwe jaar door aan het CAK. De inkomensgrens is gebaseerd op 120% van de geldende bijstandsnorm. Daarnaast is het abonnementstarief voor iedereen gelijk, 19 euro per maand.  
Op basis van de beschikbare rekentool op de site van het CAK in 2019 is een indicatie gemaakt van de te ontvangen inkomsten uit het abonnementstarief in 2020.
Mogelijke oorzaken van de lagere inkomsten:

• als gevolg van Covid-19 hebben dagbestedingslocaties minder ondersteuning kunnen leveren;
• in de maanden april / mei 2020 heeft het CAK het abonnementstarief niet opgelegd;
• de grenzen van het minimabeleid zijn voor 2020 aanzienlijk lager dan die in 2019 van toepassing waren. In 2019 waren de grenzen nog voorgeschreven in het Uitvoeringsbesluit en in 2020 waren de grenzen voor het eerst gelijk aan de grenzen van het minimabeleid. Ten opzichte van het begrote bedrag van 250.000 euro was in de jaarrekening 2019 al een daling van 72.000 euro te zien. Door de genoemde oorzaken in 2020 dalen de inkomsten structureel nog 95.000 euro extra ten opzichte van 2019.

Het jaarresultaat van Jeugdzorg wijkt 637.000 euro nadelig af op een begroting van 11,9 miljoen euro.
In 2020 waren er 1476 cliënten, in 2019 waren dat 1504 cliënten. Dit is een daling van het aantal jeugdcliënten. Echter, de kosten per cliënt in de jeugdzorg zijn gestegen. Er is sprake van een dubbel beeld. Een voorzichtige conclusie is dat zorg intensiever wordt en kinderen met bepaalde soorten jeugdzorg (GGZ, ambulant, verblijf) minder snel uitstromen. De hogere kosten zijn waarschijnlijk gerelateerd aan de effecten van coronamaatregelen op de jeugdgezondheid.

Openbare gezondheidszorg
In de septembercirculaire 2020 hebben we 13.0000 euro ontvangen voor Kansrijke Start. Kansrijke Start is een actieprogramma om zorg en ondersteuning te bieden aan kwetsbare gezinnen. In 2021 wordt gestart met de uitvoering van de activiteiten. Deze middelen hevelen we, na vaststelling van de jaarrekening 2020 over naar 2021.